top of page
Search
Writer's picturePaul Mirande

VOOR VERBETERING VATBAAR

zesendertig uitspraken

over het schrijverschap, de fictie en de literatuur Over het schrijverschap

Mijn twaalfjarige zoon omschreef het schrijverschap treffend toe ie bij het ontwaken zei : ‘Papa, ik zou in de dromen van anderen willen verschijnen.’

De schrijver is nu eens die goochelaar waarvan je weet dat de nummers fictie zijn, dan weer die hypnotiseur van wie je te horen krijgt wat je moet voelen en denken.

Van de schrijver wordt verwacht dat hij als een superheld zijn leven op het spel zet om heilige huisjes aan te vallen maar ook dat hij als een soapacteur zonder morren de bijrol aanvaardt die voor hem is weggelegd.

De schrijver staat met één been in het leven en met het ander in het graf.

Een schrijver moet doodeerlijk zijn en toch kunnen liegen als de pest.

Een schrijver wil dat je met zijn jongste boek naar bed gaat.

Schrijven is de schaamte voorbij, want als het gesprek gênant wordt, krijg je te horen : ‘Ik schrijf je wel.’

Schrijven zonder iets te zeggen te hebben is als de liefde bedrijven zonder liefde.

De schrijver is een asociaal wezen : hij zondert zich af en stelt, in tegenstelling tot regisseurs allerhande, niemand tewerk.

Een schrijver mag net zo min verliefd worden op zijn teksten als een coach op zijn atleten.

De schrijver moet, net als een politieman zijn kogels, het minste van zijn woorden kunnen verantwoorden.

Je hebt van die mensen die je net voor het inslapen hun dag tot in detail kunnen navertellen ; anderen die zich hun dromen haarscherp herinneren bij het ontbijt ; en nog anderen die leugens verzinnen om er een dubbelleven op na te kunnen houden : van ieder van deze drie types heeft de fictieschrijver iets.


Over de fictie

De mens is een gemakkelijk te vertrappelen worm, maar wel een worm die zijde kan spinnen.

De werkelijkheid die buiten het eigen gezichtsveld ligt, wordt sowieso als fictief ervaren.

De fictie stelt je in staat je waarheid te zeggen zonder je vrijheid te verliezen.

De fictie is een leugen om achter de waarheid te komen.

De fictie drukt je met de neus op de feiten.

De fictie is voor de een die zeldzame droom die je ogen opent, maar voor de ander dat sprookje dat voor het slapengaan je ogen sluit.

De fictie zuivert je geest zoals een modderbad je huid ; met gewoon water kan je de leugen immers niet verwijderen.

De fictie werkt volgens het recept van de homeopathie, voor zover je daar natuurlijk in gelooft : een beetje leugen brengt je dichter bij de waarheid net zoals een beetje gif je dichter bij de genezing brengt.

Een fictie verhoudt zich tegenover het realisme zoals een striptease tot het nudisme.

Een fictie verandert de wereld net zo min als dromen de werkelijkheid, maar de werkelijkheid zonder dromen is onleefbaar.

De lezer moet de waarheid uit de fictie halen zoals een goudzoeker het goud uit de modder.

Een klein verhaal dat meer waarheid bevat dan alle Grote Verhalen, die nota bene stuk voor stuk op ficties berusten, moet zich als fictie vermommen.

In de informatiemaatschappij hoort de schrijver de feiten te illustreren met ficties maar wee hem die de ficties ontmaskert die als feiten worden voorgesteld.


Over de literatuur

Het menselijk genoom is een onbeschreven blad waarvan de literatuur de blanco’s opvult.

De literatuur is alleen vitaal voor hen op wie alle andere paardenmiddelen hebben gefaald : seks, sport, muziek, religie.

De literatuur is de enige religie – een ersatzreligie – die angst, twijfels en verlangens niet noodzakelijk verbindt met hoop op redding ; veeleer is het een redding op zich, evenwel slechts in de mate waarin iemand die al tien keer ternauwernood aan de dood is ontsnapt daardoor uiteraard niet onsterfelijk wordt.

Lezen en schrijven zullen ooit door een elite worden beoefend, zoals het Latijns en het Grieks tijdens de Renaissance.

De literatuur vervult voor menigeen dezelfde rol als de astrologie, die je nietige leven verbindt met de stand van in principe eeuwige sterren.

Het vlot van de literatuur wordt plots aantrekkelijk wanneer de oceaanstomer van de werkelijkheid, waarop je bent ingescheept, op een ijsberg afstevent.

De literatuur is het gebed van een koortsige mensheid, inwendig verscheurd en gericht tot een God die de gedaante aanneemt van een geeuwend publiek.

De literatuur neemt bij de meesten niet meer plaats in dan het vertellen van hun dromen bij het ontbijt.

De lezer fluistert de schrijver toe : ‘Schrijf, en ik zal gezond worden.’

De lezer is de auteur dankbaar die zijn ogen heeft geopend met één enkele zin, zelfs indien hij daarvoor een heel œuvre moest schrijven.

De literatuur is de geschiktste manier om aan bewustzijnsverruiming zonder goeroe te doen.



15 views0 comments

Recent Posts

See All

La cultura inculta

El libro del Doctor Patricio Barzallo se asemeja a un largo viaje. Un viaje en el pasado más remoto con mirada hacia el futuro. Un viaje...

コメント


bottom of page